Amerikaanse rivierkreeften

Astacidea

nvasieve rivierkreeften, zoals de Californische rivierkreeft (Pacifastacus leniusculus), geknobbelde Amerikaanse rivierkreeft (Orconcetus virilis) en de rode Amerikaanse rivierkreeft (Procambarus clarkii), hebben door hun eet- en graafgedrag sterke negatieve effecten op amfibieën, vegetatie en de waterkwaliteit in de gebieden waar ze aanwezig zijn. Daarnaast verzwakken de dieren oevers en dijken met hun graafgedrag. Aangezien deze rivierkreeftsoorten op de Europese Verordening 1143-2014 (De ‘Unielijst’) met regels voor de omgang met invasieve exoten staan is het bestrijden of beheersen van deze exoten voor de eigenaren van terreinen verplicht. Klassieke bestrijdingsmethodes, zoals het grootschalig afvangen of het droogzetten van poelen, zijn erg kostbaar en op de lange termijn vaak niet duurzaam als bestrijdingsmethode omdat de kreeften zich razendsnel voortplanten en poelen en waterwegen snel herkoloniseren. Hierdoor zijn er enkele jaren na het uitvoeren van maatregelen tegen de exoten snel weer duizenden exemplaren aanwezig.

Stichting Bargerveen doet met verschillende partners onderzoek naar hoe deze invasieve rivierkreeften systeemgerichte te bestrijding zijn. Ofwel: hoe zijn ecosystemen meer weerbaar te maken tegen invasies van rivierkreeften waardoor grootschalig ingrijpen niet voortdurend noodzakelijk is? Onder andere door het uitzetten van paling onderzoeken we of het mogelijk is de aantallen invasieve rivierkreeften onder controle te houden in verschillende poelen in Noord-Brabant. Van deze inheemse vissoort is namelijk bekend dat ze de invasieve rivierkreeften eten. Gedurende het onderzoek wordt niet alleen de kreeftenstand maar ook de water- en vegetatiekwaliteit en de paling en amfibiepopulaties gemonitord. Daarnaast loopt er een onderzoek waarin getracht wordt de migratierichting van invasieve rivierkreeften te beïnvloeden middels taluds op strategische locaties om kolonisatie van de rivierkreeften in kwetsbare wateren te voorkomen en wordt er onderzoek gedaan naar de habitateisen van de rivierkreeften en vanaf welke kreeftendichtheden ecosystemen en de bijbehorende biodiversiteit instorten en hoe de kreeftenpopulaties onder deze kritische grens te houden zijn.